Alle puntjes op de i

14-09-2021

In Archeon zie je overal soorten schrift. In de prehistorie gaat het om motieven waarvan we niet weten of ze een betekenis hebben. Vanaf de Romeinen kennen we echte letters. Ze gebruiken hoofdletters, ontleend aan de Grieken. De letters zijn zo geconstrueerd dat je ze gemakkelijk in steen kan beitelen. Alle uiteinden hebben daarom een klein dwarsstreepje, de ‘schreef’.

De schreefletters worden nagemaakt met een pen op papyrus en later perkament.

In de tijd van Karel de Grote is het schrijven zeer belangrijk geworden. Het hoofdletterschrift wordt nu onpraktisch, er komt een alfabet van kleine letters: minuskels.

In de late middeleeuwen ontstaat het beroemde gotische schrift, wat veel zuiniger werkt: er passen veel meer letters op een bladzijde. Eén nadeeltje: alle letters lijken op elkaar. Om toch een beetje onderscheid te maken, krijgt de kleine i daarom voortaan een puntje.